Bad Lieutenant – Jesus exit

Abel Ferrara – Bad Lieutenant (1992)

Net als de film is dit niet echt de filmposter die ik in mijn huis- of werkkamer op zou hangen – zelfs niet in een vergeten hoekje. De film zelf zou ik ook niet met mijn kinderen bekijken. Er wordt gespoten, gechanteerd, gevloekt en tegen Jezus geschreeuwd; er wordt kortom geleefd, alsof God niet bestaat. En toch…

Het is niet de eerste film die ik op aanraden van Willem Jan Otten keek. Het is wel de eerste film die ik met mijn tenen gekromd uitgekeken heb. Otten had er zelf al voor gewaarschuwd: “De kritiek had ernstig gewaarschuwd voor deze scène: hier ging Ferrara blatant over de top, zonder deze bloederige santekraam zou het een meeslepend portret van mentaal bederf zijn geweest, nu was het italo-katholieke tearjerkerij. Volkomen overbodig, en veel te expliciet“. Maar Otten had me in zijn ‘Waarom komt u ons hinderen’ nieuwsgierig gemaakt, want: “Ik kan het moment waarop ik kon gaan vermoeden dat mijn kerstening zijn aanvang nam dateren. Op 2 november 1993 zag ik in The Movies, een bioscoop aan de Haarlemmerdijk van Amsterdam, een film van de (betrekkelijk onbekend gebleven) Amerikaanse regisseur Abel Ferrara. Hij heette Bad Lieutenant. De titelheld werd gespeeld door Harvey Keitel“.

Dat boeit me nou zo mateloos in Willem Jan Otten; dat hij christen is geworden in een tijd waarin de meeste mensen juist afscheid nemen van God; en waarin ik zelf ook de nodige moeite heb met de kerk. Later kom ik nog eens terug op dit opnieuw uitgegeven boek van Otten, waarin hij schrijft over zijn ‘helden’. Nu beperk ik me tot zijn controversiële filmkeuze, waardoor hij de eerste stappen zette op het pad naar christendom. Keitel doet alles wat God verboden heeft. Hij vervolgt dealers, maar snuift en spuit als een ketter. Hij gokt, maar kan zich dat niet veroorloven. Zal dat zijn dood worden? En hij onderzoekt de verkrachting van een non die stuitend op een altaar in beeld is gebracht. Zij weet wie haar verkrachtte, maar wil het hem niet vertellen. Dat frustreert hem, maar zij antwoordt: vraag het zelf aan Jezus; die heeft het hen vergeven. Waarom zou ik hen dan verraden?

En daar staat hij dan: “… en ziet hij, in het middenpad, Jezus staan. Precies zoals je hem in je kitscherigste voorstelling voor je kunt zien: in lendendoek, druipend uit al zijn wonden, doornenkroon, zwijgend. Inderdaad: Jezus zegt geen woord en Keitel kan dat niet uitstaan. Hij wordt daar razend van en verwijt Jezus alles wat hij zelf verkeerd heeft gedaan. Hij schreeuwt het uit. En opnieuw voelde ik me ongemakkelijk (zie mijn column over de film Elle s’appelait Sarah); want schreeuwen tegen Jezus? Dat doe je toch niet! Als ik erbij was geweest… Maar gelukkig (zoals Casting Crowns het scanderen in hun ‘What This World Needs’: “but maybe the best thing we can do is just get out of the way“): Jezus heeft geen advocaten nodig; Hij redt zichzelf en blijft zwijgen. En juist door dat zwijgen voel je de onmacht door het lijf van Keitel heenrazen; en – in de woorden van Otten – beweeg je Keitel in en zoek je naar uitwegen uit deze onmogelijke situatie; maar constateer je met Keitel dat het niet anders kan; dat je om genade moet smeken om uit deze situatie te kunnen geraken. Dus kruipt Keitel uiteindelijk wroegend over de vloer… En blijkt Jezus een oudere vrouw te zijn die hem naar de daders leidt.

Werner Herzog – Bad Lieutenant, Port of Call New Orleans (2009)

Ik heb juist deze scène beschreven, omdat die in de remake van Bad Lieutenant van Werner Herzog (die voorjaar 2010 in de Nederlandse bioscopen draaide) vakkundig weg is gepoetst.  Ik herhaal het citaat van Otten hierboven: “… zonder deze bloederige santekraam zou het een meeslepend portret van mentaal bederf zijn geweest…“. Een meeslepend portret is het zonder Jezus in de remake niet geworden. De diepgang is eruit. Nicolas Cage speelt prima en als je toch een film wilt kijken is het best de moeite waard om deze film eens te huren. Maar kijk en vergelijk de nieuwe film dan ook eens met het origineel. Het origineel mag dan veel weg hebben van “blatante italo-katholieke tearjerkerij“, maar zo’n film geeft mij tenminste te denken. Als Cage aan het einde van de film leunend tegen de glaswand van een aquarium verzucht “Do fishes have dreams?“, then I’m lost. Het is vast grappig bedoeld dat Cage tegen Chavez (die hij in de gevangenis van New Orleans heeft gered van een zekere verdrinkingsdood) – het zijn de laatste woorden in de film – opmerkt: “Do you know, Chavez, I still hate it that I ruined my underwear for you…“, maar het is cynische grappigheid. En ver na deze woorden besluit de film dan ook met een laatste beeld en een cynische grin van Cage.

Een Bad Lieutenant blijft een bad lieutenant. Dat weet je, als je naar deze film kijkt, maar het cynisme probeert je zand in de ogen te strooien. Daarom zie ik toch veel liever dat een Bad Lieutenant na de gave van vergeving wordt doodgeschoten dan dat een Bad Lieutenant na deze cynische grin door kan leven alsof er niets is gebeurd. Jesus exit betekent ook in deze film dat vergeving achter de coulissen is verdwenen en dat je alleen verder moet met wat je doet en hebt gedaan. Geef mij dan toch maar die “blatante italo-katholieke tearjerkerij“, waarin tenminste zichtbaar wordt dat uit de ergste ellende redding mogelijk is; hoe dodelijk dat misschien ook af mag lopen. Jesus exit? Dat wil je toch niet geloven?

Trackbacks & pingbacks

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.