Medelijden met falende studenten
Deze blog werd op 24 september 2018 gepubliceerd op H|Nieuws, een site van De Haagse Hogeschool
Zwakkelingen en mislukkelingen horen ten onder te gaan: eerste regel van onze mensenliefde. En men moet ze daarbij nog helpen ook… Het medelijden doorkruist in algemene zin de wet van de ontwikkeling, die de wet van de selectie is. Friedrich Nietzsche, De Antichrist.
Over selectie is voorlopig genoeg gezegd; is mijn overtuiging. Maar met het medelijden van Nietzsche ben ik nog even niet klaar. Het klinkt zo negatief, dat woordje medelijden; alsof de ander, waarmee ik medelijden heb, zielig zou zijn. Zo gaat dat met taal. Wat van origine misschien niet negatief bedoeld was, krijgt in de loop van jaren een andere lading. En daar hebben we het vandaag dan maar mee te doen.
Compassio
Medelijden – las ik op neerlandistiek.nl – stamt via het Latijnse compassio indirect af van het Griekse συμπαθής (sympathie), wat je vandaag dichter bij de bron als ‘samen ondergaan’ zou kunnen vertalen. Soms helpt het om even terug te gaan naar af.
Niet zielig
Want laat ik eerlijk zijn: ‘samen ondergaan’ past beter bij wat ik voel als studenten falen dan dat kleinerende woordje medelijden. Ik vind falende studenten namelijk helemaal niet zielig en ik zie ze al helemaal niet als mislukkeling. Het is ze deze keer niet gelukt om hun dromen waar te maken. Een volgende keer is de kans van slagen wellicht groter en je hoopt dat ze hebben geleerd van de fouten die zij deze keer nog hebben gemaakt. Slagen hangt namelijk helemaal niet alleen maar af van geluk. Nietzsche had dat destijds best scherp gezien: dat ontwikkeling ook afhangt van karakter, inspanning en discipline.
Plaatsvervangende trots
Toch heb je studenten in alle soorten en maten; ieder met zijn of haar eigen verhaal; als je er oog voor hebt. Je hebt de onverschillige student die van binnen wordt verteerd door schuldgevoel; of juist niet. En wat dacht je van de student die al na een week bij de nieuwe opleiding beseft dat dit ‘m niet gaat worden? Weer een ander (ik herken mezelf uit mijn eigen studententijd) haalde op de middelbare school prachtige cijfers en hoefde daar nooit iets voor te doen, maar de cijfers hier vallen heel erg tegen; of juist mee. Soms vervullen hun prestaties me als docent met plaats-vervangende trots, maar vergeet ik te onderkennen dat er studenten zijn die zichzelf door deze inspanning richting de afgrond van een burn-out bewegen. En helaas gaat dat laatste niet alleen op voor succesvolle studenten, maar ook voor degenen die het allemaal net niet redden, maar daar disproportioneel hard voor moeten knokken.
Meebeleven
En dat is wat ik meebeleef en samen met hen onderga; van propedeuse tot afstuderen. Het doet me pijn als het een student niet lukt om te bereiken wat hij voor ogen had; zelfs als dat overduidelijk te wijten is aan een gebrek aan inspanning en/of discipline. Maar als ik dat samen met hen onderga, zie ik dat niet alleen maar als mislukking, maar ook als ruimte om te leren en te groeien. Van m’n eigen fouten heb ik immers ook het meeste geleerd en ik gun studenten dat ze die ervaring ook op kunnen doen.
Zeker, falen is een onderdeel van leren. Soms doet leren pijn, dat kan vervelend zijn en sneu, maar niet zielig. In die zin zou ik eerder iemand die nooit gefaald heeft, misschien wel zielig vinden. Desalniettemin kan ik mij nog goed herinneren dat ik, jaren geleden als beginnend docent, mijn best heb moeten doen om dat perspectief juist te blijven zien, en me het falen van studenten niet te persoonlijk aan te trekken.
Beste Tony,
Te herkenbaar. Ik herinner me – in retroperspectief met afgrijzen – mijn eerste gesprek met een afstudeerder die ik uit mocht leggen dat we hem een onvoldoende zouden geven. Ik voel nu nog het medelijden dat ik toen voelde en ik herinner me nog dat het gesprek voor geen meter liep. Soms lukte dat inderdaad niet: om het perspectief juist te blijven zien.
Ach ja Nietzsche. De man die, zo gek als een deur, de laatste 10 jaar van zijn leven door zijn zusje en zijn oude moeder verzorgd moest worden.
En dus?
Ja, inderdaad, @Michiel.
En dus? Bovendien: zo gek als een deur is een nogal achterhaald idee over wat er werkelijk aan de hand was. Ik zou overigens blij zijn met een moeder en zus die voor me zouden zorgen als ik afhankelijk zou zijn van die zorg. Nietzsche op deze manier wegzetten is te gemakkelijk voor mij.