Het tweede essay van Willem Jan Otten lijkt heel wat minder actueel dan zijn vorige essay, maar zoals gebruikelijk: schijn bedriegt. Voor een protestant als ik zijn begrippen als Allerzielen en Vagevuur (de laatste hoogstens als een vaag negatief begrip uit m’n opvoeding in een ver verleden) nietszeggend, maar de inhoud van het essay van Otten is dat natuurlijk niet. We kennen allemaal ‘onze’ doden en vragen ons diep in onze ziel af wat er van hen terecht gekomen is. Filosofen van alle tijden hebben over dat thema nagedacht. Over weinig zijn ze daarin eenduidig, maar in het kader van ons westerse thema ‘ik denk, dus ik besta’ leven ‘onze’ doden vooral verder, omdat wij ze denken. Otten voegt daar een interessante notie aan toe (natuurlijk gekleurd door zijn nog niet zo heel lange rooms-katholieke achtergrond). Ik heb me die vraag de afgelopen anderhalf jaar, als ik bij het graf van Nikkie stond, ook wel eens gesteld: zal Nikkie nou weten dat ik hier ben; dat ik vaak in eerste instantie met verdriet en later met een weemoedig gevoel aan hem terugdenk? Ik zou het zo graag willen!