Het gestuntel van Van der Steur in het Haagse
Toen ik afgelopen week het gestuntel van Van der Steur probeerde te volgen, kon ik niet voorkomen dat ik dat deed met de ogen van Victor ten Hove. Recent las ik zijn boek ‘Ongeschreven wetten‘ over een zojuist ingesteld ministerie van justitie in het Haagse en ik kon me de afgelopen week niet aan de indruk onttrekken dat de ambtenaren van Van der Steur hem deze week wilden zien vallen; zoals eigenlijk minister Vergoor van dat nieuwe ministerie van Veiligheid had moeten vallen; door het geklungel van zijn ambtenaren, het gehele geïnfiltreerde politie-apparaat en nog heel veel meer.
Hoe komt de beste man erbij; dat hij informatie van de FBI gekregen zou hebben? Die informatie kreeg hij van zijn ambtenaren en je maakt mij – na lezing van ‘Ongeschreven wetten‘ – niet wijs dat zij niet wisten dat die informatie niet van de FBI, maar bij de politie van New York vandaan kwam; als het daar zijn bronnen al had; die informatie.
Het moet daar één grote slangenkuil zijn; op het Haagse pluche. Kamerleden laten graag de indruk achter dat zij door allerlei partijen worden be-lobby-d, maar ze be-lobby-en elkaar en samen met het ambtelijke apparaat vormen ze één grote lobby-ende kliek. Niemand is daar veilig; al helemaal niet de minister die voor alles verantwoordelijk is; hoewel hij er anno 2016 steeds minder voor verantwoordelijk wordt gehouden. In België is het nog erger: daar dienen twee ministers (naast de minister van BiZa ook – sic – de minister van justitie) hun ontslag in en wordt hun ontslag hen Nota Bene geweigerd!
Kortom: het boek ‘Ongeschreven wetten‘ is één grote bevestiging van waar je al je hele leven bang voor bent; dat niemand, maar dan ook echt niemand in het Haagse te vertrouwen is. Dat hun korte termijnen uiteindelijk ten koste gaan van onze lange termijn. Niet alleen Wilders speelt dat spel (hoewel hij het het beste speelt), maar ieder volksvertegenwoordiger of minister doet het: zieltjes winnen om een volgende keer opnieuw op het pluche te kunnen belanden. Alleen de uitzonderingen lijken deze regel te bevestigen. De anderen houden hun dubieuze rol angstvallig buiten beeld.